dinsdag 24 maart 2009

methaanhydraat


Het wordt dus warmer. Ik vind warm fijn, maar het doemscenario is dat het tè warm wordt. Over 100 jaar 120 graden Celsius, las ik ergens. Eerst dacht ik: '120 graden, lekker. Behaaglijk.' Maar dat is toch wel een beetje warm hoor, 120 graden. Dat het 120 graden wordt, zou (vooral) komen door methaan.

Er is blijkbaar helemaal geen tekort aan fossiele brandstoffen; er is juist veel te veel: methaan. Boerende koeien, bellen in het ijs, scheten van paarden, maar ook het Russische permafrost dat langzaam ontdooit en de oceaan die een heel klein beetje verzuurt. Dat permafrost en die oceaan brengen methaanhydraat aan de oppervlakte. Methaanhydraat is ijs met methaan erin, en daardoor kan al dat methaan zomaar in de atmosfeer terecht komen. Nou en? Nou: ze zeggen dat methaan 20 keer erger broeikast dan kooldioxide.

Het economisch winnen van methaan uit methaanhydraat, dat schijnt problematisch te zijn. Ik vind brandend ijs anders behoorlijk leuk. Met malaga-smaak, wat mij betreft. En als dat winnen zo'n probleem is, waarom fakkel je het niet gewoon af? Het brandende permafrost is volgens mij precies 20 keer minder gevaarlijk dan borrelend permafrost. Och, en ik zie een leuk kacheltje voor me: 'Schat, gooi jij nog een blokje methaanhydraat op het vuur?'

Geen opmerkingen: