Mijn geschiedenis met computers is een aaneenrijging van teleurstellingen. De computer heeft mijn leven diepgaand en onontkoombaar verarmd. Alle vaardigheden waarin ik als kind en als jongvolwassene uitblonk bleken waardeloos toen ik ze moest toepassen op een computer. Ik wijs niet graag een zondebok aan voor alles waarover ik in mijn leven ontevreden ben, maar als ik er dan toch toe gedwongen word, dan kies ik: de computer. Ik schrijf deze inleiding om duidelijk te maken dat mijn mening niet erg objectief is. Iemand die stelselmatig in elkaar geslagen is door iedereen die rode sokken draagt zal ook geen objectief verhaal meer kunnen schrijven over rode sokken.
Ik heb me afgevraagd of dingen slecht kunnen zijn op zichzelf, of dat dat uitsluitend van het gebruik afhangt. Een guillotine zou zodoende geen slecht ding zijn, als je 'm zou gebruiken om er aardappels mee te schillen, maar wel een slecht ding als je er toevallige passanten mee onthoofdt. Het lijkt dus zinvol om, als je per se de dingen slecht of goed wil noemen, te kijken met welk doel een ding is ontworpen. Omdat ik tegen de doodstraf ben, vind ik de guillotine een slecht product.
Inderdaad, bij een computer hangt het er helemaal af waarvoor je 'm gebruikt. Dit suggereert dat ik bij een computer een vrije keuze hebt hoe ik die wil gebruiken, maar helaas is dat niet zo. Ik heb wel een vrije keuze hoe ik de hardware (bijvoorbeeld de flipflops waaruit de processor is opgebouwd) gebruik. Maar omdat niemand dat kan, flipflops zo gebruiken, bestaat de computer ook uit software, die dat gebruik zou vergemakkelijken. Wat makkelijk is, wordt dus door de softwaremaker bedacht. Ik denk dat het principieel onmogelijk is om voor een ander te bedenken wat makkelijk is. Dit principe maakt dat computers per definitie slecht zijn, als het aan mij ligt.
maandag 11 oktober 2010
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
4 opmerkingen:
Niemand? Echt niemand?
Nou? Ken jij iemand de dat kan?
De vader van Mirjam kan een TV ombouwen door de electronenbuis rechtstreeks aan te sturen d.m.v. een stukje electronica dat hij zelf heeft gesoldeerd. Ik vind dat wel in de buurt komen van hard-core flipfloppen.
Ik vond dit een interessant stukje. Ik zie nog niet de link tussen: "iemand anders heeft voor mij bedacht hoe ik met de computer moet interacteren" en "de computer is dus per definitie slecht". Iemand heeft toch ook voor mij bedacht hoe ik de wasmachine moet bedienen of de stofzuiger?
Overigens denk ik wel dat computers iets in-en-in slechts hebben. Zo zijn ze wel, computers. Ik vertrouw ze iig voor geen meter.
Peter Paul Verbeek zou er wel iets over kunnen zeggen. Dat is op dit moment Neerlands' beste techniek-filosoof. Dat weet ik omdat een vriend van mij voor een congres over biotechnologie Neerlands' beste techniek-filosoof wilde inhuren. En toen zei iedereen tegen hem (mijzelf incluis) dan moet je Peter Paul Verbeek hebben. Maar die bleek op die dag (in januari) al op TV te moeten verschijnen dus hij kon niet.
Maar dat terzijde.
Ik voelde hem al aankomen. Toch, er zit wel een fundamenteel verschil tussen een stofzuiger (een ouderwetse, zonder software) en een computer. Bij een stofzuiger gaat het om stofzuigen en daarbij is er ook nog 2% interactie, die heel open staat voor speelse variatie en die bovendien heel fysiek is en daardoor aansluit bij de natuurlijke fysieke habitat van mensen (met berenvellen en vuistbijlen enzo). Een computer is 100% interactie. En ook nog eens interactie op interactie op interactie, omdat het een soort stapeling van programmeertalen is. Daar is geen speelse variatie op mogelijk, dat is een dwingend keurslijf waar gen ontsnappen aan mogelijk is. Een tredmolen, een kuisheidsgordel en dat in het kwadraat. Slecht dus.
Ja, jouw schoonvader komt in de buurt van hard-core flipfloppen. Heb je dat wel eens tegen hem gezegd, in deze bewoording?
Een reactie posten