Ik woon zelf in een huis dat volgens de boeken - de bouwvergunning - geïsoleerd is als een ijskast met een A-label. Die A-label kwaliteit zou ik ook terug moeten zien in de energierekening, wat helaas niet zo is. Mijn huis stookt blijkbaar nogal ondoordacht. Ik kan dat wel begrijpen, omdat ik nooit aan de kachel denk. Hij zit verstopt in de vloer, en wat ik niet zie, daar denk ik niet aan. Bovendien zijn er allerlei plekken waar het tocht. In de slaapkamers aan de voorkant van het huis word je wakker gehouden door het geflapper van de zijgevel.
Toch gaat mijn huis gemakkelijk stinken. Alle luchtjes blijven hangen. Ik hoef niet in detail te treden, ... waar mensen zijn, zijn luchtjes. En waarschijnlijk is dat juist heel fijn, die luchtjes. Meerdere keren per dag wordt ons huis gelucht, en vermoedelijk worden daarmee ook de reukloze radons, stofmijten, kooldioxides, tuluenen, chloren, kwikken en radio-actieve jodia eruit geventileerd. Een binnenmilieu schijnt vele malen ongezonder te zijn dan de buitenlucht.
Vijf jaar geleden ontmoette ik een ingenieur die een groot voorstander was van balansventilatie (ach, dat waren nog eens tijden). Met schuim op zijn mond betoogde hij dat de mensen toch eens opgevoed moesten worden om altijd hun ramen dicht te houden en te weten binnenblijven natuurlijk - door balansventilatie - veel gezonder was dan die vieze buitenlucht ingaan. Zou ik met mijn Amstelveense project per ongeluk vergelijkbare ingenieurs hebben opgeleid?
vrijdag 28 januari 2011
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten